Carpinus Betulus Fastigiata (Gewone Haagbeuk) GROTE BOOM
Omschrijving
De Carpinus Betulus Fastigiata is een boom die bekend bekend om zijn smal-piramidale kroonvorm. De Carpinus Fastigiata is zeer goed in vorm te snoeien, door zijn compacte en gesloten structuur.
De grote Carpinus Betulus Fastigiata (Gewone Haagbeuk) is een sterke laanboom op stam met een smalle kroon die op latere leeftijd omgekeerd eivormig wordt. Hierdoor blijft de boom smal ogen. De Haagbeuk is vrij langzaam groeiend en dicht vertakt, waardoor deze veel als afscheiding in struikvorm of boomvorm wordt geplaatst. De stam van de volwassen Haagbeuk is grijzig en oogt robuust en gespierd.
De groot formaat Carpinus Betulus Fastigiata heeft fris lichtgroen geribbeld blad, wat in de herfst van heldergeel naar bruin verkleurd. Als de boom elk jaar gesnoeid wordt, blijft het blad tot laat in de winter aan de boom hangen. Valt het blad er dan uiteindelijk af, dan is dit een goede bodemverbetering voor uw tuin.
De groot formaat Carpinus geeft kleine, decoratieve beukennootjes als vruchten.
De Volwassen Haagbeuk stelt weinig eisen aan de grondsoort, maar heeft een voorkeur voor leemhoudende grond.
Onze grote volgroeide bomen zijn vakkundig gekweekt en van extra hoge kwaliteit.
Door jaarlijkse snoei en onderhoud zijn onze groot formaat bomen exclusief in uiterlijk en karakter.
Onze grote bomen zijn meerdere keren verplant en hebben hierdoor een uitgebreid wortelgestel ontwikkelt om optimaal te kunnen aanslaan.
Speciale zorg en aandacht dat is ons motto.
De getoonde bomen op de foto is het formaat wat geleverd wordt.
Wilt u de boom op de kwekerij bekijken? Uiteraard van harte welkom!
~ Plan hier uw bezoek.~
Productspecificaties
Volwassen hoogte: | 15-18 meter |
Kroonvorm: | smal piramidaal, later omgekeerd eirond, dichte kroon |
Blad: | eivormig, heldergroen, 6-10 cm |
Herfstkleur: | geel |
Bloeiwijze: | onopvallende katjes |
Vrucht: | eivormig, geribd nootje, in losse vruchtkatjes |
Winterhard: | sterk (tot -25℃) |
Standplaats: | zon, halfschaduw, schaduw |
Grondsoort: | geringe bodemeisen, voorkeur voor leemhoudende bodems |
Bodemvochtigheid: | droge maar ook natte grond, bestand tegen korte overstroming |
Verharding: | verdraagt geen verharding |
Wortelgestel: | oppervlakkig, matig vertakt, hartwortel |